April 2019
Als voormalig clubhistoricus neem ik hier brutaal de ruimte om u te feliciteren met de drieënnegentigste verjaardag van JSV. Vanaf 10 november 2010 deelde ik bijna vier jaar lang verhalen uit de oude doos, die u gaandeweg een scherper beeld van de clubgeschiedenis gaven.
Bij het overstappen naar een andere website enkele jaren terug leek de complete verzameling verloren te zijn gegaan, maar webmaster Maarten Wesselman wist de Anno-reeks onlangs op verzoek van Hans Fokkenrood (ooit JSV-voorzitter, nu lid van de Historische Kring Nieuwegein) onder het digitale stof vandaan te halen. Dat bracht de webredactie onder leiding van Theo van der Linden op het idee om de stukjes druppelsgewijs op de huidige JSV-site te plaatsen.
De oudste Anno’s heeft u inmiddels voorbij zien komen en die gaven u het idee dat JSV op 1 april 1926 tot leven werd gewekt. En dat het een maand later de allereerste wedstrijd in een gelijkspel zag eindigen. In latere artikelen betwistte ik de officiële oprichtingsdatum (het zou wel eens 1 mei 1926 kunnen zijn geweest) en moest ik u helaas vertellen dat JSV de allereerste wedstrijd verloor; op 6 juni 1926 van het tweede elftal van MSV uit Montfoort.
En vandaag moet ik de indruk bijstellen dat er vóór de oprichting van JSV nauwelijks serieus tegen een bal werd getrapt in Jutphaas. Op 4 mei 2012 meldde ik u in ‘Anno de vroege jaren twintig’ dat het Rooms-Katholieke J.V.V. op drie zondagen in mei 1922 op een veld aan de Overeindseweg zogeheten seriewedstrijden organiseerde. En dat JVV op 2 juli 1922 met een zilveren medaille terugkeerde van een toernooitje in Montfoort.
Enkele edities van Sport Illustratie in 1923
Meer wapenfeiten van JVV kon ik u in 2012 niet te melden, maar in de onlangs door mij ontdekte databank van onderzoeksbureau Huygens ING komen we J.V.V. in de nazomer van 1922 opnieuw tegen. Het katholieke weekblad Sport Illustratie meldt haar lezers op 20 september 1922 dat J.V.V. uit Jutphaas is toegetreden tot de Rooms Katholieke Utrechtse Voetbal Bond. Dat zal het hebben gedaan om in competitieverband te voetballen.
J.V.V. verandert volgens de databank én de RKUVB in februari 1923 haar naam in Jutphania, waaruit ik denk op te maken dat de club dan nog steeds competitieduels afwerkt. De bewering in Anno 1935 (16 maart 2012) dat de naam Jutphania in deze jaren door een “neutrale” vereniging zou zijn gebruikt verwijs ik met de kennis van nu naar het rijk der fabelen.
Wat ik ook dien te corrigeren is de bewering in de Anno van 4 mei 2012 dat VSV Vreeswijk in het seizoen 1920/1921 deel uitmaakt van de ‘neutrale’ UVPB. Dat doet het een jaar later en het wordt direct gedeeld eerste in de derde klasse F. In een beslissingswedstrijd tegen Brederodes eigent Vreeswijk zich zelfs de titel toe, maar het laat zich pas vier jaar later weer in officieel verband zien. Wel speelt het die jaren onder de naam VSV wat oefenpotjes in de regio en Jutphaas zal daarbij vast ook wel aangedaan zijn.
Van Jutphania vernemen we na 1923 niets meer tot 1 juni 1933. Op die datum maakt de club een doorstart en klopt het wederom aan bij de RKUVB. Een bond die volgens databank Huygens ING tegen wil en dank tot stand was gekomen.
Katholieke clubs konden aanvankelijk moeiteloos toetreden tot de nog niet Koninklijke N.V.B. Rond 1910 werden er voor het eerst vraagtekens gezet bij het toelaten van verenigingen die niet openstonden voor niet-katholieken in hun eigen gelederen. De geestelijken op hun beurt begonnen zich af te vragen of sporten met en tegen niet-katholieken een risico vormde de vervulling van godsdienstige plichten. Die zorg groeide toen de mobilisatie in 1914 jongemannen van allerlei gezindten bijeenbracht in de kazernes. Die hadden genoeg tijd om te sporten, want Nederland bleef tijdens de Eerste Wereldoorlog buiten schot.
Volgens onderzoeksbureau Huygens ING bracht kapelaan van Breda, Willem Binck, in 1915 met een publicatie in katholieke dagblad de Maasbode de zaak in een stroomversnelling. “Hij verklaarde in dit artikel dat deelname van katholieken aan het ongeorganiseerde en georganiseerde neutrale voetbal een ernstig gevaar vormde voor de jeugdige katholieke voetballers. Het zou hen niet alleen hinderen bij het bezoeken van de mis, maar hen ook geleidelijk kunnen vervreemden van de katholieke gewoonten.”
“Hij zag in het voetbal een uitdaging voor de katholieke gemeenschap: men moest het voetballen niet verbieden, zoals tal van andere geestelijken hadden bepleit, maar het juist organiseren onder toezicht van de geestelijkheid in katholieke bonden en clubs. Dat moest snel gebeuren, want Binck voorzag dat de jongemannen zouden blijven voetballen, als de mobilisatie eenmaal voorbij zou zijn.”
Tussen 1915 en 1919 richten de vijf bisdommen (diocesen) die ons land dan kent een eigen voetbalbond op. In aartsbisdom Utrecht gebeurt dat op 23 juni 1916. De diocesane bonden richten een landelijke federatie op (RKF), die in 1917 contractueel met de NVB afspreekt dat zij elkaars standpunten eerbiedigen en elkaars schorsingen en royementen overnemen. De RKF belooft dat het de leidende rol van de NVB erkent en de het laat haar clubs laat registreren door de NVB.
In 1924 komt het tot een breuk tussen de RKF en de NVB; er wordt geen nieuw contract meer afgesloten. Onder druk van de Duitse bezetter wordt de RKF in de zomer van 1940 ondergebracht bij de NVB. Katholieke clubs voetballen door onder de paraplu van de NVB of houden op te bestaan. Dat laatste geldt voor Jutphania.
Naar ons weten heeft Jutphania tijdens de oorlogsjaren nooit tegen een bal getrapt, maar onderzoeksbureau Huygens ING komt de naam nog een keer tegen op 2 maart 1942. Sportkroniek, het officiële orgaan van de (K)NVB, meldt het verval van de clubnaam Jutphania door ontbinding.
Toch gaan de bestuurders van Jutphania na de bevrijding in gesprek met JSV over een fusie. En blijkbaar vinden de bewindvoerders van JSV dat niet vreemd; de onderhandelingen worden serieus gevoerd en leiden op 24 juli 1945 tot een formele samensmelting. Daarmee worden de wapenfeiten van JVV in 1922 feitelijk ook een stukje JSV-historie.
Villa Stormerdijk anno 2019 (foto John Wennips)
De thuishaven van JVV is een stuk grond bij een boerderij aan de Overeindsche weg, even voorbij Villa Stormerdijk. Dit landhuis is in de negentiende eeuw op resten van het middeleeuwse kasteel Stormerdijk gebouwd. De Overeindsche weg is in 1922 nog een verbindingsweg tussen Jutphaas en Houten, maar wordt in de jaren dertig van de vorige eeuw onderbroken door het Lekkanaal. Het Houtense deel van de weg draagt anno 2019 nog steeds de oude naam.
Het Nieuwegeinse deel van de oude Overeindsche weg heet anno 2019 De Malapertweg, naar de familie die vierhonderd jaar geleden de polder ten oosten van de Vaartse Rijn kocht. Die werd destijds heel chic De Heerlijkheid het Overeind van Jutphaas genoemd.
Ik ben de naam nergens voluit tegengekomen, maar het is niet al te gewaagd om te veronderstellen dat J.V.V. de afkorting is geweest van de Jutphaasse Voetbal Vereeniging. De oprichters van J.S.V. zullen in 1926 niet direct van plan te zijn geweest om meerdere sporten dan het voetbalspel te beoefenen. Ik vermoed dat ze de S (van Sport) in de afkorting vooral hebben willen gebruiken om zich te onderscheiden van hun katholieke voorgangers in 1922.
Bron: Eric Zuidhoek
Opnieuw geplaatst door Theo van der Linden