2 december 2010
Vorige week belichtten we de oprichting van onze vereniging met hulp van het geheugen van erevoorzitter Arie Terlouw. Vandaag vullen we zijn herinneringen aan (en stellen die waar nodig bij) met informatie van de Historische Kring Nieuwegein.
Dit gezelschap brengt periodiek het blad Cronyck de Geyn uit en in 1992 publiceerden Piet Daalhuizen en Arie de Reuver daarin het artikel ‘Voetbal in het dorp Jutphaas’.
De auteurs weten over de oprichtingsvergadering te melden dat die door 37 belangstellenden wordt bijgewoond. Zij besluiten "om de wedstrijden in een geheel zwart tenue te gaan spelen. Van de initiatiefnemers worden er drie in het bestuur gekozen: Jan en Frans Schrijvers (echt familie van onze vroegere Oranje-doelman Piet Schrijvers!) en Jan Hoedeman. De annalen vermelden niet hoe de bestuursfuncties verdeeld zijn."
"Het driemanschap gaat op zoek naar een geschikt terrein en hoewel het dorp agrarisch is met veel weiland, kost het enige moeite om iets geschikts te vinden. Het wordt een terrein op Plettenburg, dat te bereiken is via de Bongenaar, waar met een roeibootje het Merwedekanaal kan worden overgestoken."
Even voor de allochtonen onder ons: de Bongenaar is het landgoed ten noorden van het Merwedekanaal (ooit de Vaartse Rijn), waarop van 1626 tot 1885 een gelijknamig buitenhuis stond. Het vijf hectare grote grondgebied lag ongeveer ter hoogte van het viaduct dat heden ten dage de Plettenburgerbaan over het kanaal en de Vreeswijksestraatweg leidt. Een bushalte op industrieterrein Plettenburg en een straatje dat uitkomt op de Marconibaan dragen nog altijd de naam van het voormalige landgoed.
"De `sportaccommodatie' op Plettenburg biedt in feite geen enkele luxe", vervolgen Daalhuizen en De Reuver, "er zijn zelfs geen kleedkamers. Omkleden doen de spelers eigenlijk thuis en onder de gewone kleding zit het voetbalpakje. Publiek is op Plettenburg al helemaal niet te verwachten en dus ook geen inkomsten uit entreegelden."
"Toch vindt op 1 mei 1926 een eerste wedstrijd plaats, waarbij het er wat officieel toegaat, omdat Jutphaas' burgemeester mr. J.M.M. Hamers de aftrap komt verrichten. Tegenstander is dan het tweede team van M.S.V. uit Montfoort. In het elftal van J.S.V. staan opgesteld de gebroeders Bons, P. Witteman, A. Zwezerijnen, de gebroeders Hoedeman, de gebroeders Schrijvers, Benschop, Callaars en Van Straten. De wedstrijd eindigt in een verdienstelijk gelijkspel : 1-1."
De namen van Bons, van Straten en Zwezerijnen (al was dat Cees) staan ons nog als hoofdrolspelers van de grondvesting bij uit de vorige ‘Anno’. De Historische Kring somt anderen als eerste bestuurders op, wat overigens niet weerlegt dat de vermeende oprichters geen prominente leden-van-het-eerste-uur waren. Maar in de voorgaande ‘Anno’ en op de pagina Historie wordt hen wellicht teveel eer toegedicht.
We passen de tekst van de pagina Historie derhalve aan en zullen dat nog wel vaker doen. Zeker waar het de vroege geschiedenis van onze club betreft, want die kan bij gebrek aan een archief slechts worden geput uit overlevering.
Zo kan de plaats van oprichting, in tegenstelling tot wat Arie Terlouw meent, onmogelijk café Klomp zijn geweest. Het pand wordt volgens een fotoboek van de Historische Kring uit 1985 op 1 april 1926 nog gewoon bewoond en verandert een jaar later in een melksalon.
Een zekere C.H. de Vos doopt het perceel pas in 1930 om tot café en doet dit in de loop van de dertiger jaren over aan de heer A. C. Klomp. Tegenwoordig zit daar Café Rijnzicht en luidt het adres Herenstraat 44.
Dus rijst de vraag waar JSV dan wel is opgericht. In het nog altijd bestaande Café De Zwaan aan de Herenstraat 18? In het wat sjiekere Hotel Roskam, in de volksmond beter bekend als ‘Hotel Kool’? Of in Café d' Oranjeboom, dat in de volgende ‘Anno’ een rol zal spelen?
Burgemeester Hamers brengt op zaterdag 1 mei 1926 trouwens niet alleen de bal aan het rollen tijdens de allereerste wedstrijd van JSV. Hij neemt volgens het Utrechts Nieuwsblad van die dag ook "maatregelen" met het oog op de Derby der Lage Landen, die de volgende dag in Amsterdam plaatsvindt.
Want "bij den verleden jaar gehouden voetbalwedstrijd Holland-België (op 3 mei 1925, EZ) is door publiek uit deze gemeente aan Belgen, die per auto deze gemeente passeerden tamelijk veel overlast aangedaan. Vooral door schelden en door het doen van allerlei onbehoorlijke uitroepen."
De burgemeester draagt de politie dan ook op om nauwlettend toe te zien dat de Belgen, die op 2 mei in verband met de interland door Jutphaas komen, geen overlast ondervinden en roept de inwoners op "beleefd en toeschietelijk te zijn."
Dat lijkt geholpen te hebben, want we vinden na de wedstrijd geen meldingen over wanordelijkheden terug. Nederland krijgt overigens flink klop van de zuiderburen (1-5). Elders in dit artikel zien we Oranje-doelman Kees Quax een vergeefse poging doen om één van de vijf Belgische treffers te voorkomen.
Bron: Eric Zuidhoek en de Historische Kring Nieuwegein