• Anno 1938: wennen aan de Grote Bond

    21 mei 2013

     

    JSV opent zondag 2 januari 1938 op eigen terrein het nieuwe kalenderjaar met een keurige 2-0 overwinning op Soest. De anonieme verslaggever van het Utrechts Nieuwsblad ziet JSV-aanvaller Vroman voor rust een “loepzuivere through pass” ontvangen. Anno 2013 noemen we dat een listige steekpass of nog Nederlandser een steekbal.

    Vroman laat de kans onbenut, maar na de thee zorgen Schrijvers en Elberse alsnog voor treffers. De zege op Soest vormt geen opmaat tot grootse prestaties, maar JSV 1 houdt zich als promovendus keurig staande in de vierde klasse van “de grote bond”, de KNVB. Het seizoen 1938/1939 verloopt moeizamer en zelfs de hulp van secretaris Cor Schooneveld lijkt binnen de lijnen nodig, of is dat pas een seizoen later?

    In een speciale editie van de JSV-er ter ere van het zestigjarig bestaan vertelt Schooneveld dat hij in 1932 lid werd van JSV. “Ik was toen nog niet getrouwd, maar de familie van mijn vrouw, Hoedeman, was één en al JSV, vandaar. Ik speelde altijd in het tweede en heb maar één keer met het eerste meegedaan, vlak voor de oorlog tegen Kampong. Dat beviel me niet zo best, want ik raakte flink geblesseerd.”

    Schooneveld trad al rap na zijn binnenkomst toe tot het clubbestuur. “Niet gelijk als secretaris, maar eerst gewoon als bestuurslid. Van Ee was voorzitter en Herman van Doorn secretaris. Die zorgde voor een neutje uit het café van zijn broer Arie. Na diens overlijden werd Nijpels uit het café aan de Dorpstraat secretaris en in 1937 werd ik het.”

  • De hoofdmacht van JSV in de jaren dertig typeert Schooneveld als “een sterk eerste elftal met veel spelers uit Utrecht: twee Schrijvers, drie keer Vroman, Kalksma. Op een gegeven moment waren het er wel acht, aangevuld met Hannes Zwezerijnen, Joop Geijtenbeek en Cees Zwezerijnen op doel. Toon en Huub Vroman speelden steevast in het Utrechts elftal en het was een grote schok dat Schrijvers en Huub Vroman verongelukten. Ze waren met de auto tegen een trein aangereden in Houten.”

    Dit tragische ongeval vond plaats op 22 mei 1933 en naar onze informatie (zie de Anno van 12 januari 2011) niet in Houten, maar in Medemblik. Dat naast Hugo Vroman ook Schrijvers daarbij het leven liet was uw geschiedschrijver niet bekend. “JSV was in grote rouw gedompeld.”

    In het jubileumclubblad uit 1986 blikt Schooneveld ook desgevraagd terug op de veertiger jaren. “De oorlog zijn we met de allergrootste moeite doorgekomen. Op het laatst hadden we maar één elftal. Eén keer hadden we tegen Culemborg maar tien man. Toen hebben we Kragten van VVIJ geleend om toch maar te kunnen spelen.”


    Direct na de bezetting volgde de fusie met Juphania. “Daar heeft Cees van Doorn een grote rol in gespeeld. Cees was lid van Jutphania; daar had ik veel contact mee. Hij ging ook mee met onze wedstrijden en was een groot voorstander van een fusie.

    Op een bepaald moment dachten we alles voor elkaar te hebben, maar een donderpreek in de kerk zette alles weer op losse schroeven. Dezelfde zondag zat ik met Van de Graaf (de voorzitter van JSV, EZ), al bij de pastoor en zowaar.. het contact werd voortgezet."

  • De Jutphasebrug wacht begin 1938 op verbindingswegen; het Amsterdam-Rijnkanaal eronder op water

    "Op een gegeven dag vergaderden wij in Café Joop van Dijk en Jutphania in een zaal boven de RK jongensschool. Bij ons werd vóór de fusie gestemd. Daarna gingen wij volgens afspraak naar de RK-jongensschool en na even gewacht te hebben konden we komen. Ook bij Jutphania was de kogel door de kerk en kon de gemeenschappelijke oprichtingsvergadering worden gehouden.”

    Een nieuw bestuur werd probleemloos gekozen, maar “de naam was nog een strijdpunt. Voorgesteld werd om er J.V.C. van te maken, maar daar voelden wij op historische gronden niets voor. Men ging akkoord dat het JSV zou blijven.”

    “Op de pastorie werd een huishoudelijk reglement gemaakt. Dat is een nachtvergadering geworden. Het breekpunt was niet zozeer de geestelijk adviseur als wel zijn grote bevoegdheden. De kapelaan overtuigde ons echter dat hij er nooit misbruik van zou maken en toen zijn wij akkoord gegaan. We waren de enige neutrale vereniging met een geestelijk adviseur van RK-leden.”

    De verhuizing naar het Amsterdam-Rijnkanaal noemt Schooneveld in het clubblad van 1986 “een rare geschiedenis. We huurden dat van een boer, die het op zijn beurt van de Domeinen huurde. We tekenden het huurcontract bij een notaris. De kleedlokalen werden verhuisd en waren gedeeltelijk al weer opgebouwd. Toen Willem van de Akker aan het werk was op het veld werd hij er door iemand van de Domeinen afgestuurd. We mochten er volgens die man niet op. Toen wij het huurcontract toonden kwam de aap uit de mouw: die boer mocht het niet onderverhuren!"

    "Eerst was er met de Domeinen niets te beginnen, maar na enkele bezoeken aan de Maliebaan, waarbij Van der Graaf die inspecteur onder de tafel praatte, konden we rechtstreeks huren tegen een belangrijk lager bedrag. Die boer was trouwens vooruit betaald. Wij hebben hem nog bij het bestuur laten komen om het geld terug te krijgen, maar daar konden we naar fluiten. Ik ben toen naar Naarden vertrokken, maar ben nog wel lid gebleven.”

  • "Café van Doorn", een olieverfdoek van Sasja Bork (uit Relaas Jutphaas, een verzameling schilderijen met bijbehorende, door Rebecca Wolff opgetekende verhalen) 
     

    Volgens Arie Terlouw heette de boer in kwestie Mieris Doornekamp, die een boerderij bewoonde op de Dorpsstraat (nu de Herenstraat 52 en al vijftig jaar geen boerderij meer) en veel land bewerkte in en rond Jutphaas.

    De eerder in dit artikel door aanhaalde kroeg van Arie van Doorn hebben we in Anno 1929 (op 4 februari 2011) aangeduid en uitgebeeld als “d’Oranjeboom”. En in Anno 1926 (op 2 december 2010) genomineerd als mogelijke plek waar JSV is opgericht. Wim van Doorn vertelt in “Relaas Jutphaas” (in 2011 uitgebracht) dat het café “van mijn oom Arie was. Mijn vader, Jan van Doorn, had een sigarenzaak naast het café. Nou ja, zaak, meer een kast eigenlijk."

    De zonen van Jan van Doorn sliepen bij gebrek aan ruimte op de zolder van het café en kregen zo veel van het kroegleven mee. “Het café was niet zo groot, meer een huiskamer. Mijn ome Arie was vrijgezel, hij at dus wel eens bij ons thuis. Ik was 14 toen we verhuisden naar de Nedereindseweg, waar mijn vader een grotere sigarenzaak begon met steun van ome Arie. Het pand waar het café in zat is in de jaren zeventig gesloopt.” Het lag gevaarlijk dicht langs de weg. Wim van Doorn werd kapper. Zijn zaak op winkelcentrum Nedereind is inmiddels in handen van zijn zoon Jan.


    EINDSTAND VIERDE KLASSE H KNVB 1937/1938
    : 1.PVC 16-26, 2.Brederodes 16-19, 3.EAC 16-19, 4.Utrecht 16-19, 5.Woerden 16-18, 6.Soest 16-15, 7.JSV 16-14 (5x winst, 4x gelijk, 7x verlies, 28 goals voor, 43 tegen), 8.Tricht 16-12, 9.Voorwaarts U 16-2

    JSV 2 komt heel 1938 uit in de reserve derde klasse van de UPVB, JSV 3 in de reserve vierde klasse.

    Jutphania 1 komen we in het eerste semester van 1938 met onder andere DSO, DVSU, Egelantier, Fortissimo en Levaefanum tegen in de tweede klas A van de RKUVB, Jutphania 2 in de derde klas C. Na de zomer van 1938 treffen we Jutphania niet meer aan in het archief van het Utrechts Nieuwsblad.

    Bron: Eric Zuidhoek