Nieuwegein heeft zich in de afgelopen veertig jaar keurig van haar taak gekweten. De groeikern voorzag de behoeftige regio van een flinke hoeveelheid woningen. Volgens de gemiddelde Nieuwegeiner is het er goed toeven, met als kanttekening dat het wel een tikkie saai is.
En beslist geen lust voor het oog, menen buitenstaanders. De lezers van de Volkskrant bestempelden Nieuwegein in 2008 zelfs als de op één na lelijkste plaats van Nederland. Alleen Almere werd nog afzichtelijker gevonden.
Daar moest verandering in komen, zo oordeelde de gemeenteraad. Er werd een plan gesmeed, waarin de ambitie is uitgesproken om in 2030 “een stad te zijn met een eigen identiteit, die verbindt en kwaliteit uitstraalt.” Een aantrekkelijker stad met een prominente rol voor de zogeheten Wateras. De oevers van het Merwedekanaal en de Doorslag dienen allure uit te stralen. Het bijna voltooide Nieuw Vreeswijk geeft je daar al een aardig idee van.
De houten kantine van Rijnhuizen
Ook sportpark Rijnhuizen moet eraan geloven. Het is door de gemeente aangewezen als “een ontwikkelzone voor een gemengd stedelijk gebied met bijzondere woonmilieus.” De Mixed Hockey Club Nieuwegein, die in 1986 JSV afloste als gebruiker van het park, zal plaats moeten maken voor sjieke percelen.
Vorig jaar nam de gemeente de opknapkosten van de kunstgrasvelden op Rijnhuizen voor haar rekening, zodat MHCN nog zo’n twee tot vier jaar fatsoenlijk uit de voeten kan op het complex en er uitgekeken kan worden naar een nieuw terrein. Daarmee sneuvelt het enige voormalige JSV-accommodatie, die nog als sportpark te herkennen valt.
oktober 1976: JSV-doelman Kok vangt de bal op Rijnhuizen. Jan van Kippersluis (links) en Stef de Ridder (nummer 2) kijken tevreden toe
Daarom schoot de eega van uw geschiedschrijver onlangs wat plaatjes; op verzoek van ondergetekende en met een kleine camera. Met een beter toestel had zij ongetwijfeld beter werk afgeleverd; een uitdaging voor de fotograferende lezers van deze rubriek wellicht?
Sportpark Rijnhuizen wordt op de Historiepagina van onze clubsite Rijnhuyse genoemd, naar de schrijfwijze die de tennisvereniging naast MHCN hanteert. Een kantoorcomplex iets zuidelijker langs de Vaartse Rijn heet Rhijnhuysen. Maar het sportpark is tussen 1964 en 1986, die periode dat JSV de bespeler was, nooit anders genoemd dan Rijnhuizen.
Het sportpark ontleent zijn naam uiteraard aan het naburige kasteel, dat als enige is overgebleven van de verzameling statige buitenplaatsen die aan het eind van de middeleeuwen langs het aslijn Nedereindseweg-de Malapertweg-Overeindseweg lagen: Everstein, Rijnenburg, Rijnestein, De Batau, Vronestein, Rijnhuizen, Plettenburg, Wijnestein en Stormerdijk. De allure van dat tracé hoopt de gemeente Nieuwegein weer terug te krijgen.
Sportpark Rijnhuizen gaat 2030 niet halen. Of ons huidige complex dan nog onderdak biedt aan JSV is ook nog maar de vraag. Rijkswaterstaat wil de Ring Utrecht verbreden en zou wel eens het gras van de Galecopperzoom kunnen vervangen door asfalt.
